1. Verstedelijking
1 Inleiding 19
2 De kadastrale bescheiden als bron van de bewoningsgeschiedenis 21
3 De nederzettingen 22
4 Beschrijving van de situatie omstreeks 1900 26
5 Het plan-Cuypers-Kooken 31
Balans 37
2. Landbouw
1. Inleiding 40
1.1 Van de Bataafse Republiek tot aan de nood van de jaren veertig, 1795-1849 40
1.2 Het vrijhandelsbeginsel triomfeert, 1849-1878 41
1.3 Het landbouwbedrijf 'in een crisis, 1878-1895 43
1.4 Economisch herstel: een nieuwe tijd, 1895-1920 44
2. De uitoefening van de landbouw 47
2.1 De uitgestrektheid van de gronden en het grondgebruik 47
2.2 De ontginning 48
2.3 Het bouwstelsel 50
2.4 De oogstopbrengsten 53
2.5 De veeteelt 57
2.6 De mestproduktie 60
3. De boeren 61
3.1 De boer in zijn bedrijf en zijn bestaan 61
3.2 De boerenorganisatie ter verbetering van de landbouw 73
4. De betekenis van de landbouw 81
4.1 De lokale economie en de verhouding stad-platteland 81
4.2 De sector landbouw ten opzichte van het overige beroep en bedrijf 83
4.3 De landbouw en de arbeidsmarkt in de regio 84
4.4 De handel en de voedselvoorziening van de stad 85
Balans 89
3. Industrie
1. Inleiding 93
1.1 Achterstand en achteruitgang, 1810-1849 93
1.2 Vrijhandel en vooruitgang, 1849-1878 95
1.3 Malaise en modernisering, 1878-1895 97
1.4 Ontwikkeling en oorlog, 1895-1920 98
2. De industriële ontwikkeling tussen 1810 en 1850 101
2.1 De textielindustrie 101
2.2 De firma J.Th. Smits en Zn. 105
2.3 De tabaksverw erkende nijv erheid 108
2.4 Overige soorten van nijverheid 108
3. De ontwikkeling van de verschillende bedrijfstakken tussen 1850 en 1920 110
3.1 De textielindustrie 110
3.2 De tabaksverwerkende industrie 116
3.3 De gloeilampenindustrie 120
3.4 De houtverwerkende industrie 122
3.5 De overige industrie 126
4. Financiering 130
5. De rol van de vreemdeling 144
5.1 De theorie van Sombart 144
5.2 Eindhoven en de vreemdeling 146
5.3 Initiatieven van vreemdelingen bij de industriële ontwikkeling 158
Balans 165
4 Sociale ontwikkeling
1. Inleiding 167
2. Huisvesting 167
2.1 De woonsituatie 167
2.2 Huurders en huisjesmelkers 172
2.3 De woningbouwverenigingen 174
2.4 Gemeentelijke overheid en particulier belang: Strijp contra Philips 178
3. Hygiëne en volksgezondheid 180
3.1 Diagnose 180
3.2 Besmettelijke ziekten 182
3.3 De geneeskundige armenzorg 189
3.4 De technisch-hygiënische voorzieningen 191
3.5 De gezondheidszorg en het particulier initiatief 193
3.6 De ziekenverzorging 195
4. Armenzorg 198
4.1 Het Algemeen Burgerlijk Armbestuur (A.B.A.) en zijn voorlopers 198
4.2 De R.-K. Armbesturen 202
4.3 De Sint-Vincentiusvereniging 205
4.4 De Bank van Lening 207
4.5 Vluchtelingenhulp 209
5. Bestaansmiddelen en werkmilieu 212
5.1 De loonontwikkeling 212
5.2 De arbeidsduur en werkomstandigheden 216
5.3 Kinder- en vrouwenarbeid 217
5.4 De inkomenspositie 223
6. Bewustwording en maatschappijverandering 225
6.1 Onlustgevoelens en organisatievormen 225
6.2 De R.-K Volksbond en 'De Eendracht' 228
6.3 De stakingen van 1907 en 1910 235
6.4 Samenleving in beroering 241
6.5 Antimilitarisme en christen-socialisme 243
Balans 246
5 Religie
1. Inleiding 250
2. De Katholieken 1810-1853 254
2. l De teruggave der kerken in Bataafse en Franse Tijd 254
2.2 De herder als beheerder van de kerkfabriek 255
|
2.3 De geestelijkheid als schipper naast God in de maalstroom van de politieke en
maatschappelijke problematiek 258
3. De Katholieken 1853-1920 264
3.1 Kerkenbouw 1840-1920 264
3.2 De congregaties van religieuzen 270
3.3 Vroomheid, de polsslag der kerk 277
3.4 Onderwijs 284
3.5 De Sociale Kwestie 286
4. De niet-katholieken 1810-1920 291
4.1 De hervormden 291
4.2 De joden 295
Balans 298
6 Onderwijs
1. Inleiding 300
2. Scholen en schoolhouders, 1806- ± 1860 303
2.1 Van breischool tot bewaarschool 303
2.2 De openbare scholen 304
2.3 De openbare school van de eerste klas, 1843 307
2.4 De bijzondere scholen van de tweede klas 309
2.5 De Latijnse school als vorm van hoger onderwijs 314
2.6 De tekenschool als voorloper van de ambachtsschool 316
3. Structurering en verzuiling, ± 1860-1920 319
3.1 Het kleuter-en lager onderwijs 319
3.1.1 Van bewaarschool tot fröbelschool 319
3.1.2 De openbare scholen 320
3.1.3 De bijzondere scholen 326
3.1.4 Het schoolverzuim 330
3.2 Het middelbaar- en voorbereidend hoger onderwijs 332
3.2.1 De gemeentelijke H.B.S. en hogere handelsschool 332
3.2.2 Het katholieke middelbaar onderwijs: handelsschool en H.B.S. 334
3.2.3 Het gymnasium Augustinianum als vorm van hoger onderwijs 335
3.3 Het nijverheids- of beroepsonderwijs 338
3.3.1 De tekenschool 338
3.3.2 De ambachtsschool 341
3.3.3 De afdeling textielschool 342
3.3.4 De onderwijsinrichting verbonden aan de N.V. Philips 342
3.3.5 De vakschool voor sigarenmakers 343
3.3.6 Het beroepsonderwijs voor meisjes: de huishoudschool 344
Balans 344
7 Cultuur
1. Inleiding 353
2. De bouwkunst 353
2. 1 De kerkelijke architectuur 353
2.2 De profane architectuur 363
3. De beeldende kunst 372
3.1 De kunstschilders 372
3.2 De beeldhouwers 379
3.3 De edelsmeden 383
3.4 Fotografie en film 385
3.5 De 'Bouwkundige Vakken'en de kunstkringen 387
4. De literatuur 388
4.1 Literatoren en letterknechten 388
4.2 Drukkers en uitgevers 392
5. De gilden en sociëteiten 394
5.1 De schutsgilden 394
5.2 De sociëteiten 398
6. De muziekcultuur 401
6.1 De orgels 401
6.2 Het muziekleven 403
Balans 416
8 Bestuur
1. Inleiding 418
2. De periode 1810-1851 419
2.1 Voorspel 419
2.2 Institutioneel 422
2.2.1 Eindhoven 422
2.2.2 De dorpen 424
2.3 Financiën als toetssteen voor het bestuurlijk beleid 428
2.3.1 Eindhoven 428
2.3.2 De dorpen 431
2.4 Aspecten van het bestuurlijk beleid 433
2.4.1 De strijd om de waterweg 433
2.4.2 De invloed van de Belgische opstand 437
3. De periode 1851-1920 447
3.1 Institutioneel 447
3.2 Groepsbelangen partijstrijd, 1901-1920 449
3.3 Financiën als toetssteen voor het bestuurlijk beleid 461
3.3.1 Eindhoven 461
3.3.2 De dorpen 463
3.4 Aspecten van het bestuurlijk beleid 465
3.4.1 Het gevecht om de rechtbank 465
3.4.2 Spoor-en tramwegen 468
3.4.3 De Nutsbedrijven 474
3.4.4 Het subsidiebeleid 480
3.5 De annexaties 484
3.5.1 De strijd om het klooster, 1865-1874 484
3.5.2 Van Klein-Eindhoven naar Groot-Eindhoven, 1909-1920 487
Balans 494 |
