Bibliotheek Weerderheem Valkenswaard
 → 
 →  [Volgnr. 00229]
 

 
 

 
 

 

Uitgebreid zoeken

Volgnr. : 00229
 
Titel : Handel en wandel van de teuten in Duitse gewesten
Auteur(s) : Mertens, Jozef
Verschijningsjaar : 1995
Beschrijving : Studie van de migratie van 'Brabanders' en 'Luikenaars' tijdens de 16de-19de eeuw.
Met een bijlage over de emigratie van Walen en Brabanders naar het Rijk in de tweede helft van de 17de eeuw en met uitgave van Duitse bronnen.
 
Trefwoorden : Bedrijven; Historie
Uitgave : Boek
Taal : Nederlands
Onderwerp : Nijverheid en handelsgeschiedenis
 
Uitgever : VZW Museum Kempenland, Lommel
Aantal pagina's : 506
Afmetingen : L=23.5cm, B=16cm
Druk :
ISBN : 90-75555-01-6
Boekcode :
 
Index :     Inhoudsopgave

Inleiding 5
Bibliografie 10
A. Bronnen 10
B. Bronnenuitgaven, werken en tijdschriftartikelen 13
Gebruikte afkortingen 30

Deel I. Teuten in het noordwesten van Duitsland 31

1.   17de-eeuwse edicten in Kleef en Mark tegen de ambulante handel
      en '350 Uelanders' uit Pelt in 1613 31
2.   Rondtrekkende handelaars in Berg-Gulik in de 17de eeuw geweer 34
3.   Klachten van textielhandelaars in Lechenich, Liblar, Zulpich,
      Brühl en Bliesheim tegen Brabanders in het keurvorstendom Keulen
      in 1775-1790 35
      3.1.  Een nieuw edict tegen buitenlandse (Brabantse) handelaars in 1775 35
      3.2.  Beklag van textielhandelaars uit Liblar, Lechenich en Zülpich
              in het najaar van 1775 36
      3.3.  De textielhandelaars opnieuw aan de klaagmuur in 1777 37
      3.4.  Bonn lijkt het te menen 37
      3.5.  Een vijfde klacht en Cornelis Emunds van Nederweert
              in Lechenich in 1777-1778 39
      3.6.  Onstuitbaar 'bedrog' van ettelijke honderden Brabanders,
              vooral uit Lommel, in 1783-1786 41
      3.7.  Een ontwerp van nieuw edict ter oplossing van het 100-jaar oude
              Brabantse probleem in 1788 42
      3.8.  De gebroeders Eskens in Bickendorf bij Keulen in 1790 43 
4.   Teuten in Kerpen-Lommersum, een Spaans-Brabantse enclave
      in Kurköln 43
5.   De textielzaak Van Endert in Neuss in de 19de-20ste eeuw 45
6.   De Lommelse familie Hesemans in het Rijnland 47
7.   Lijst van teuten, aanwezig in het gebied tussen Trier, Koblenz,
      Paderborn, Bremen en de Benelux 48
      7.1.  Nabijgelegen regio's in het westen van Duitsland 48
              a. Links van de Rijn 48
              b. Rechts van de Rijn 58
      7.2.  Noordelijke gewesten van Duitsland 60
      7.3.  Overzicht van het gevonden materiaal 64
8.   Lommelse teuten en emigranten in het westen van Duitsland
      tussen 1830 en 1860 67
9.   Nog meer noordwaarts: Holstein, Sleeswijk en Denemarken 69
      9.1.  Vanuit Flensburg (Sleeswijk) naar Denemarken 70
      9.2.  Vestiging in Sleeswijk 71
              a) Teuten als poorters van Haderslev, nu Denemarken 72
              b) In Abenta (Apenrade), nu Denemarken 72
              c) In Eckernförd (Duitsland) 72
              d) Het 'Nederlandse' Friedrichstadt (Duitsland) 73
      9.3.  Lommelaars en andere teuten in Sleeswijk-Holstein en
             Denemarken 75
10. Teuten van Hechtel-Eksel in Nederlandse en Duitse gewesten
      (16de-18de eeuw) 77
      10.1. In de tweede helft van de 16de eeuw 77
      10.2. Lijst van emigranten en teuten uit Hechtel-Eksel in
              Nederland (en het derde Rijk) tussen 1582 en 1740 80

Deel II.Teuten en nakomelingen in de Palts, in Elzas-Lotharingen
en in Luxemburg 85

1.   Operatie- en emigratiegebied in Kurtrier, Kurpfalz en omgeving 85
      1.1.  Kurtrier en andere plaatsen ten oosten van de Moezel 85
      1.2.  In en rond het graafschap Sponheim en het hertogdom
              Zweibrücken 87
      1.3.  Kurpfalz 89
      1.4.  Het Leinigerland 90
              a. Het graafschap Leiningen-Westerburg (Alt- en Neuleiningen) 90
              b. Het vorstendom Leiningen-Hartenburg 91
      1.5.  Kurmainz 92
      1.6.  Andere heerlijkheden 93
2.   Het gezin Tillman-Horix uit Nederweert in Freinsheim 95
3.   De gebroeders Van Recum uit Budel en hun nakomelingen in de Palts 97
      3.1.  De drie broers 99
              a. Peter van Recum (1716-1783) 99
              b. Jan van Recum (1722-1814) 100
              c. Reyner van Recum (1725-1754) 100
      3.2.  De Recumtuin in Grünstadt 101
      3.3.  De tweede generatie Van Recum 101
              a. Johann Nepomuk (1755-1801), zoon van Peter,
                  de Frankenthalse porseleinfabriek en de Franse Tijd 101
              b. Andreas van Recum (1765-1828), zijn dispensatie,
                  vooraanstaand politiek leven en verheffing in de adelstand 104
              c. Andere kinderen van peter 108
              d. De kinderen van Johann 109
              e. Peter van Recum (1752-1831), zoon van Reyner 109
4.   De Lommelse familie Alewijns/Alwens in de Palts 110
      4.1.   Franz Alwens, achtste president van de regering in de Palts
             (1846-1849) 110
      4.2.  Van Winnweiler (Falkenstein) naar Galicië (nu Polen) en naar
              het Banaat van Temesvár (Timisoara in Roemenië) 111
5.   Jost Henrich (Vertreck) uit Budel en zijn nazaten in Lauterecken 112
6.   Operatie- en emigratiegebied in Elzas-Lotharingen en in het
      hertogdom Luxemburg 114
      6.1.  Elzas-Lotharingen 115
      6.2.  De Lommelse stam Rom(m)ens 118
      6.3.  De Franse maarschalk Remy Exelmans (1775-1852),
              kleinzoon van een Neerpeltse teut in Bar-le-Duc 119
      6.4.  Luxemburg 120
7.   Besluit 122


Deel III. Teuten in Kurmainz, Nassause gewesten, Hessen-Darmstadt
en omliggende territoria 127

1.   Het stadje Oberursel in het Taunusgebergte 127
      1.1.  Een klacht van de Oberurselse meester-smeden tegen de
              'Niederländer' in 1587 129
      1.2.  De Mainzische en Frankfurtse smeden vs. Oberursel wegens de
              Brabanders die hun koper tijdelijk uit Heidelberg en Nürnberg
              betrokken (1665-1683) 132
      1.3.  Een proces tussen Mainz en de Urselse Brabanders in 1683-1684 133
      1.4.  Een overwinning voor de teuten in 1688 134
      1.5.  De koperhamer van de teuten in 1688-1698, een aanval op het
              gildewezen 136
      1.6.  Namen van Brabanders in Oberursel (1683-1811) 137
      1.7.  Ketelaars, concessies en de koperstempel tijdelijk in handen van
              de teuten (18de eeuw) 145
2.   Enkele (textiel)teuten uit Budel, Weert en Nederweert in Hofheim
              nabij Frankfurt (1686-1760) 148
3.   Brabanders in de Kurmainzische ambten Amöneburg en Neustadt 149
      3.1.  Twee eeuwen Brabantse immigratie (ca. 1655-1855) 150
      3.2.  Van der Werth (ex Hispania inferiori) en zijn compagnie 156
      3.3.  Brandspuiten van de geelgietersfamilie Van Moll 157
4.   Kopersmeden Adrian in het Kurmainzische Erlenbach en
      Grossheubach en professor Adrian in Giessen 158
      4.1. Johann Valentin Adrian (1793-1864), professor in moderne tale
            en bibliothecaris aan de universiteit van Giessen 159
      4.2. Adrians in Grossheubach (Beieren) 160
5.   Enkele immigranten in het dorpje Erlenbach 161
6.   De aanwezigheid van teuten in andere Kurmainzische plaatsen 163
7.   Solm en Nassau-Weilburg/-Idstein/- Saarbrücken
      (einde 17de - begin 18de eeuw) 164
      7.1. Adrian Vogelsang van Luyksgestel en Lambrecht Janson
            in 1683-1687 165
      7.2. Mathias Vogelsang en Wilhelm Engel (1694-1717) 165
      7.3. Andere ketelhandelaars in Nassau-Weilburg 167
      7.4. Witters en Kuppens in Nassau-Idstein/-Usingen 168
8.   Klachten van de kopersmeden van Giessen en van Darmstadt bij de
      landgraaf over vreemde eenden in de bijt (1695-1701) 169
      8.1. De smeden van het Oberfürstentum Hessen vs. Hendrik van Ham
            in Braubach e.a. in het ambt Grünberg in 1695 169
      8.2. Klachten van de smeden van Darmstadt in 1699-1701 170
9.   De kopersmeden van Butzbach in 1711 aan de klaagmuur 173
10.  Een verordening tegen de Brabantse keteldragers in het graafschap
       Erbach in het Odenwald in 1668 174
11.  De Ermens als garenfabrikant in compagnie met vader en zoon
       Friedrich Engels in Hachenburg (Nassau) en Manchester 174
       11.1. De familie Ermen uit Bergeijk (einde 18de - begin 19de eeuw) 175
       11.2. De firma's van de gebroeders Ermen en Friedrich Engels in
       Manchester en barmen-Engelskirchen 177
12.   Besluit 181
       12.1. Het laatste kwart van de 16de eeuw 181
       12.2. De tweede helft van de 17de en de 18de eeuw 182
       12.3. Het voorwerp van de bedrijvigheid van de teuten in Kurmainz
               en omgeving 185
       12.4. Herbergen 186
       12.5. Onderlinge wrijvingen 187
       12.6. De organisatie van de Brabantse koperteuten 188
               a. Concessies 188
               b. Een grootschalig samenwerkingsverband 188
               c. Verbindingslijnen vanuit Oberursel naar het omringende land 189
       12.7. De haarsnijders 192

Deel IV. Haarhandelaars in Hessen, Heiligenstadt en elders in en buiten
het Rijk 193

1. Eersel 194
2. Luyksgestel 195
3. Bergeijk 196
4. Fritzlar in Hessen 199
    4.1. De Gestelaar Hendrik van de Reydt 199
    4.2. Arnold Kuyken van Bergeijk en zijn 'ergerlijke levenswandel' 200
5. Oberursel 202
6. Mellrichstadt en andere plaatsen in het grensgebied van Beieren
    en Hessen 203
7. Besluit 204

Deel V. Keteldragers in en rond Hannover, Brunswijk en Hildesheim,
Brandenburg en ten oosten van de Elbe tijdens de 18de-19de eeuw 209

1. Keteldragers uit Eksel, Balen en het zuidwesten van de teutenregio
    in Mölln en elders in het hertogdom Lauenburg in 1758 210
2. Een verordening van George III, keurvorst van Hannover, over de
    ambulante handel in 1768 214
3. Teuten uit het Nederlands Midden-Limburg in en rond Hannover
    en Brandenburg 215
    3.1. De Nederweertenaars (1751-1822) 215
    3.2. Middenlimburgers in Salzwedel en omgeving (1756-1827) 218
    3.3. Slotenmakers en ketellappers uit Heel, Heythuysen en Neer
           in 1796 221
4. Teuten in de omgeving van Bad Bevensen en een proces tussen twee
    koperteuten in Hannover (1768) 222
5. Hechtelaars in het westen van Brandenburg in de 18de eeuw 223
6. Het bisdom Hildesheim en het hertogdom Brunswijk 226
7. Functie en aanwezigheid van teuten in het oosten van Duitsland in de
    18de eeuw 230
    7.1. De afzet van Markse metaalwaren ten oosten van de Elbe en
           teuten als burgers van Schwerin 230
    7.2. Emigranten uit Tongerlo, Peer en elders in Badersleben
           (Brandenburg) 234
    7.3. Een Bocholtenaar in de Rijksstad Nordhausen am Harz 236
    7.4. Teuten en emigranten in Eichsfeld 237
    7.5. De omgekeerde richting: J. Moldenhauer uit Velgau (Fleetmark)
           naar Breda ca. 1729 en J.G. Damkuler van Halberstadt in Hasselt
           in 1697 239
8. De Lilse ketelboetersfamilie Houben in Dahlenburg en Ülzen in
    conflict met de Lüneburgse kopersmeden in 1809-1859 240
    8.1. De gebroeders Houben, concurrenten van de Lüneburgse
         kopersmeden in 1809-1859 241
    8.2. Valse stempels in 1816-1817 242
    8.3. Duitse knechten deugen niet voor ambulante handel (1822-1823) 243
    8.4. Christian Houben geeft het niet op (1826-1836) 245
    8.5. Jozef Houben in 1858 245
9. Ketelhandelaars uit Houthalen, Overpelt en Beringen in Wolfenbüttel
    en een Zonhovenaar in Ringelheim 246
10. Buitenlandse paspoorten (1797-1813) in het departement van de
    Nedermaas (Belgisch- en Nederlands-Limburg) 249
    10.1. Aantal, datum, leeftijd en beroep 249
    10.2. De herkomst en plaats van bestemming van de paspoorthouders 251
    10.3. Lijst van paspoorten 253
11. Besluit 259

Deel VI. Lenart van Hoel in Dantzig in de 16de eeuw en Johan Reinders
in het graafschap Glatz in de 18de eeuw 263

1. Een Hamontenaar, een Waal en een Brabander in Datzig 263
2. Een Kaulillenaar in Tanz (Neder-Silezië, Polen) 265
3. In het spoor van geloofsvluchtelingen of kolonisten? 269
4. Brabantse valkeniers in dienst van Europese vorsten en edellieden 270

Deel VII. De ambulante handel en het wezen van de teutenhandel 275

1. Andere ambulante fenomenen in Europa 275
    1.1. Franse colporteurs 275
    1.2. Lotharingse klokkengieters 278
    1.3. Westfaalse Tödden of Tüötten 279
    1.4. Langenbergers uit het Bergische Land 283
    1.5. Ambulante handelaars ui Breyell 284
2. De benaming 'teut'en de zogenaamde geheimtaal: een relatie tussen
    Kempense teuten en de Westfaalse Tödden? 285
    2.1. Teut: van Hollands scheldwoord tot eretitel?286
    2.2. Romantieken op zoek naar een geheimtaal! 289
    2.3. Geen definitieve verklaring voor teut, geen geheimtaal,
          wel mogelijke impulsen van de teuten naar de Tödden 293
3. Ontstaan, samenvatting en besluit 294
    3.1. Het kader waarbinnen de teutenhandel ontstond 294
           a. Algemene voorwaarden 295
           b. Een nijvere Kempen in de 15de-16de eeuw 296
           c. De thesis van P. Lenders over het ontstaan van de teuten 300
    3.2. Het wezen van de teutenhandel 303
           a. De eigen aard 303
           b. Handelsstreken 304
           c. De eenvoudige en meest voorkomende vorm van teutenhandel
              en geëvolueerde stadia 307
           d. Verankerd in het landbouwmilieu maar ten dele of geheel los
              van de landbouw 309
           e. Geen retourhandel 311
           f. Gemiddelde leeftijd van de teuten 311
    3.3. Bevoorrading, operatie- en afzetgebied 312
           a. Inkoop van waren 312
           b. Afzet- en operatiegebied 314
    3.4. Einde en betekenis 316
           a. Uitbreiding van de ambulante handel 316
           b. Teloorgang 317
           c. Nawerking en continuïteit 320
           d. Betekenis van de teuten 322

Bijlage 1. Emigratiegolven van Walen en Brabanders naar Kurpfalz,
Kurmainz, Nassau en omgeving in de tweede helft van de 17de eeuw 343
Inleiding 343
A. Links van de Rijn 345
B. Rechts van de Rijn 367
C. Beschouwingen bij de aantrekking van de Walen 387
Samenvatting en besluit 405
Inhoudstafel van bijlage 1 408

Bijlage 2. Quellenwerk mit deutschen Texten aus verschiedenen Archiven
in Deutschland 411
Inhaltsverzeichnis der deutschen Texte 457

Bijlage 3. Diverse akten betreffende Kempense kooplui 461
1. De hertogelijke raad van Holland doet op 14 februari 1399 uitspraak
in een geschil tussen twee burgers van Schiedam (Zuid-Holland) en
zekere kooplieden 461
2. Certificaat voor textielteut Johan den Smeet van Overpelt in 1655 462
3. Een paspoort voor haarhandelaar Jintis van Weerden van Leende
    in 1713 463
4. Een Peltse akte over de teuten in 1765 434

Bijlage 4. Weddenschappen en informatieverwerving in het noorden van de
Loonse Kempen (1600-1660) 467

Indices van plaats- en persoonsnamen
door Arnout Mertens 475
1. Index van plaatsnamen 475
2. Index van familienamen 485
3. Index van familienamen in bijlage 1 493


Herkomst van de foto's 498
 
 
 

Vorige object   Volgende object

 

Uitgebreid zoeken
 

Record aangepast: 17 september 2022