Deel I. Teuten in het noordwesten van Duitsland 31
1. 17de-eeuwse edicten in Kleef en Mark tegen de ambulante handel
en '350 Uelanders' uit Pelt in 1613 31
2. Rondtrekkende handelaars in Berg-Gulik in de 17de eeuw geweer 34
3. Klachten van textielhandelaars in Lechenich, Liblar, Zulpich,
Brühl en Bliesheim tegen Brabanders in het keurvorstendom Keulen
in 1775-1790 35
3.1. Een nieuw edict tegen buitenlandse (Brabantse) handelaars in 1775 35
3.2. Beklag van textielhandelaars uit Liblar, Lechenich en Zülpich
in het najaar van 1775 36
3.3. De textielhandelaars opnieuw aan de klaagmuur in 1777 37
3.4. Bonn lijkt het te menen 37
3.5. Een vijfde klacht en Cornelis Emunds van Nederweert
in Lechenich in 1777-1778 39
3.6. Onstuitbaar 'bedrog' van ettelijke honderden Brabanders,
vooral uit Lommel, in 1783-1786 41
3.7. Een ontwerp van nieuw edict ter oplossing van het 100-jaar oude
Brabantse probleem in 1788 42
3.8. De gebroeders Eskens in Bickendorf bij Keulen in 1790 43
4. Teuten in Kerpen-Lommersum, een Spaans-Brabantse enclave
in Kurköln 43
5. De textielzaak Van Endert in Neuss in de 19de-20ste eeuw 45
6. De Lommelse familie Hesemans in het Rijnland 47
7. Lijst van teuten, aanwezig in het gebied tussen Trier, Koblenz,
Paderborn, Bremen en de Benelux 48
7.1. Nabijgelegen regio's in het westen van Duitsland 48
a. Links van de Rijn 48
b. Rechts van de Rijn 58
7.2. Noordelijke gewesten van Duitsland 60
7.3. Overzicht van het gevonden materiaal 64
8. Lommelse teuten en emigranten in het westen van Duitsland
tussen 1830 en 1860 67
9. Nog meer noordwaarts: Holstein, Sleeswijk en Denemarken 69
9.1. Vanuit Flensburg (Sleeswijk) naar Denemarken 70
9.2. Vestiging in Sleeswijk 71
a) Teuten als poorters van Haderslev, nu Denemarken 72
b) In Abenta (Apenrade), nu Denemarken 72
c) In Eckernförd (Duitsland) 72
d) Het 'Nederlandse' Friedrichstadt (Duitsland) 73
9.3. Lommelaars en andere teuten in Sleeswijk-Holstein en
Denemarken 75
10. Teuten van Hechtel-Eksel in Nederlandse en Duitse gewesten
(16de-18de eeuw) 77
10.1. In de tweede helft van de 16de eeuw 77
10.2. Lijst van emigranten en teuten uit Hechtel-Eksel in
Nederland (en het derde Rijk) tussen 1582 en 1740 80
Deel II.Teuten en nakomelingen in de Palts, in Elzas-Lotharingen
en in Luxemburg 85
1. Operatie- en emigratiegebied in Kurtrier, Kurpfalz en omgeving 85
1.1. Kurtrier en andere plaatsen ten oosten van de Moezel 85
1.2. In en rond het graafschap Sponheim en het hertogdom
Zweibrücken 87
1.3. Kurpfalz 89
1.4. Het Leinigerland 90
a. Het graafschap Leiningen-Westerburg (Alt- en Neuleiningen) 90
b. Het vorstendom Leiningen-Hartenburg 91
1.5. Kurmainz 92
1.6. Andere heerlijkheden 93
2. Het gezin Tillman-Horix uit Nederweert in Freinsheim 95
3. De gebroeders Van Recum uit Budel en hun nakomelingen in de Palts 97
3.1. De drie broers 99
a. Peter van Recum (1716-1783) 99
b. Jan van Recum (1722-1814) 100
c. Reyner van Recum (1725-1754) 100
3.2. De Recumtuin in Grünstadt 101
3.3. De tweede generatie Van Recum 101
a. Johann Nepomuk (1755-1801), zoon van Peter,
de Frankenthalse porseleinfabriek en de Franse Tijd 101
b. Andreas van Recum (1765-1828), zijn dispensatie,
vooraanstaand politiek leven en verheffing in de adelstand 104
c. Andere kinderen van peter 108
d. De kinderen van Johann 109
e. Peter van Recum (1752-1831), zoon van Reyner 109
4. De Lommelse familie Alewijns/Alwens in de Palts 110
4.1. Franz Alwens, achtste president van de regering in de Palts
(1846-1849) 110
4.2. Van Winnweiler (Falkenstein) naar Galicië (nu Polen) en naar
het Banaat van Temesvár (Timisoara in Roemenië) 111
5. Jost Henrich (Vertreck) uit Budel en zijn nazaten in Lauterecken 112
6. Operatie- en emigratiegebied in Elzas-Lotharingen en in het
hertogdom Luxemburg 114
6.1. Elzas-Lotharingen 115
6.2. De Lommelse stam Rom(m)ens 118
6.3. De Franse maarschalk Remy Exelmans (1775-1852),
kleinzoon van een Neerpeltse teut in Bar-le-Duc 119
6.4. Luxemburg 120
7. Besluit 122
Deel III. Teuten in Kurmainz, Nassause gewesten, Hessen-Darmstadt
en omliggende territoria 127
1. Het stadje Oberursel in het Taunusgebergte 127
1.1. Een klacht van de Oberurselse meester-smeden tegen de
'Niederländer' in 1587 129
1.2. De Mainzische en Frankfurtse smeden vs. Oberursel wegens de
Brabanders die hun koper tijdelijk uit Heidelberg en Nürnberg
betrokken (1665-1683) 132
1.3. Een proces tussen Mainz en de Urselse Brabanders in 1683-1684 133
1.4. Een overwinning voor de teuten in 1688 134
1.5. De koperhamer van de teuten in 1688-1698, een aanval op het
gildewezen 136
1.6. Namen van Brabanders in Oberursel (1683-1811) 137
1.7. Ketelaars, concessies en de koperstempel tijdelijk in handen van
de teuten (18de eeuw) 145
2. Enkele (textiel)teuten uit Budel, Weert en Nederweert in Hofheim
nabij Frankfurt (1686-1760) 148
3. Brabanders in de Kurmainzische ambten Amöneburg en Neustadt 149
3.1. Twee eeuwen Brabantse immigratie (ca. 1655-1855) 150
3.2. Van der Werth (ex Hispania inferiori) en zijn compagnie 156
3.3. Brandspuiten van de geelgietersfamilie Van Moll 157
4. Kopersmeden Adrian in het Kurmainzische Erlenbach en
Grossheubach en professor Adrian in Giessen 158
4.1. Johann Valentin Adrian (1793-1864), professor in moderne tale
en bibliothecaris aan de universiteit van Giessen 159
4.2. Adrians in Grossheubach (Beieren) 160
5. Enkele immigranten in het dorpje Erlenbach 161
6. De aanwezigheid van teuten in andere Kurmainzische plaatsen 163
7. Solm en Nassau-Weilburg/-Idstein/- Saarbrücken
(einde 17de - begin 18de eeuw) 164
7.1. Adrian Vogelsang van Luyksgestel en Lambrecht Janson
in 1683-1687 165
7.2. Mathias Vogelsang en Wilhelm Engel (1694-1717) 165
7.3. Andere ketelhandelaars in Nassau-Weilburg 167
7.4. Witters en Kuppens in Nassau-Idstein/-Usingen 168
8. Klachten van de kopersmeden van Giessen en van Darmstadt bij de
landgraaf over vreemde eenden in de bijt (1695-1701) 169
8.1. De smeden van het Oberfürstentum Hessen vs. Hendrik van Ham
in Braubach e.a. in het ambt Grünberg in 1695 169
8.2. Klachten van de smeden van Darmstadt in 1699-1701 170
9. De kopersmeden van Butzbach in 1711 aan de klaagmuur 173
10. Een verordening tegen de Brabantse keteldragers in het graafschap
Erbach in het Odenwald in 1668 174
11. De Ermens als garenfabrikant in compagnie met vader en zoon
Friedrich Engels in Hachenburg (Nassau) en Manchester 174
11.1. De familie Ermen uit Bergeijk (einde 18de - begin 19de eeuw) 175
11.2. De firma's van de gebroeders Ermen en Friedrich Engels in
Manchester en barmen-Engelskirchen 177
12. Besluit 181
12.1. Het laatste kwart van de 16de eeuw 181
12.2. De tweede helft van de 17de en de 18de eeuw 182
12.3. Het voorwerp van de bedrijvigheid van de teuten in Kurmainz
en omgeving 185
|
12.4. Herbergen 186
12.5. Onderlinge wrijvingen 187
12.6. De organisatie van de Brabantse koperteuten 188
a. Concessies 188
b. Een grootschalig samenwerkingsverband 188
c. Verbindingslijnen vanuit Oberursel naar het omringende land 189
12.7. De haarsnijders 192
Deel IV. Haarhandelaars in Hessen, Heiligenstadt en elders in en buiten
het Rijk 193
1. Eersel 194
2. Luyksgestel 195
3. Bergeijk 196
4. Fritzlar in Hessen 199
4.1. De Gestelaar Hendrik van de Reydt 199
4.2. Arnold Kuyken van Bergeijk en zijn 'ergerlijke levenswandel' 200
5. Oberursel 202
6. Mellrichstadt en andere plaatsen in het grensgebied van Beieren
en Hessen 203
7. Besluit 204
Deel V. Keteldragers in en rond Hannover, Brunswijk en Hildesheim,
Brandenburg en ten oosten van de Elbe tijdens de 18de-19de eeuw 209
1. Keteldragers uit Eksel, Balen en het zuidwesten van de teutenregio
in Mölln en elders in het hertogdom Lauenburg in 1758 210
2. Een verordening van George III, keurvorst van Hannover, over de
ambulante handel in 1768 214
3. Teuten uit het Nederlands Midden-Limburg in en rond Hannover
en Brandenburg 215
3.1. De Nederweertenaars (1751-1822) 215
3.2. Middenlimburgers in Salzwedel en omgeving (1756-1827) 218
3.3. Slotenmakers en ketellappers uit Heel, Heythuysen en Neer
in 1796 221
4. Teuten in de omgeving van Bad Bevensen en een proces tussen twee
koperteuten in Hannover (1768) 222
5. Hechtelaars in het westen van Brandenburg in de 18de eeuw 223
6. Het bisdom Hildesheim en het hertogdom Brunswijk 226
7. Functie en aanwezigheid van teuten in het oosten van Duitsland in de
18de eeuw 230
7.1. De afzet van Markse metaalwaren ten oosten van de Elbe en
teuten als burgers van Schwerin 230
7.2. Emigranten uit Tongerlo, Peer en elders in Badersleben
(Brandenburg) 234
7.3. Een Bocholtenaar in de Rijksstad Nordhausen am Harz 236
7.4. Teuten en emigranten in Eichsfeld 237
7.5. De omgekeerde richting: J. Moldenhauer uit Velgau (Fleetmark)
naar Breda ca. 1729 en J.G. Damkuler van Halberstadt in Hasselt
in 1697 239
8. De Lilse ketelboetersfamilie Houben in Dahlenburg en Ülzen in
conflict met de Lüneburgse kopersmeden in 1809-1859 240
8.1. De gebroeders Houben, concurrenten van de Lüneburgse
kopersmeden in 1809-1859 241
8.2. Valse stempels in 1816-1817 242
8.3. Duitse knechten deugen niet voor ambulante handel (1822-1823) 243
8.4. Christian Houben geeft het niet op (1826-1836) 245
8.5. Jozef Houben in 1858 245
9. Ketelhandelaars uit Houthalen, Overpelt en Beringen in Wolfenbüttel
en een Zonhovenaar in Ringelheim 246
10. Buitenlandse paspoorten (1797-1813) in het departement van de
Nedermaas (Belgisch- en Nederlands-Limburg) 249
10.1. Aantal, datum, leeftijd en beroep 249
10.2. De herkomst en plaats van bestemming van de paspoorthouders 251
10.3. Lijst van paspoorten 253
11. Besluit 259
Deel VI. Lenart van Hoel in Dantzig in de 16de eeuw en Johan Reinders
in het graafschap Glatz in de 18de eeuw 263
1. Een Hamontenaar, een Waal en een Brabander in Datzig 263
2. Een Kaulillenaar in Tanz (Neder-Silezië, Polen) 265
3. In het spoor van geloofsvluchtelingen of kolonisten? 269
4. Brabantse valkeniers in dienst van Europese vorsten en edellieden 270
Deel VII. De ambulante handel en het wezen van de teutenhandel 275
1. Andere ambulante fenomenen in Europa 275
1.1. Franse colporteurs 275
1.2. Lotharingse klokkengieters 278
1.3. Westfaalse Tödden of Tüötten 279
1.4. Langenbergers uit het Bergische Land 283
1.5. Ambulante handelaars ui Breyell 284
2. De benaming 'teut'en de zogenaamde geheimtaal: een relatie tussen
Kempense teuten en de Westfaalse Tödden? 285
2.1. Teut: van Hollands scheldwoord tot eretitel?286
2.2. Romantieken op zoek naar een geheimtaal! 289
2.3. Geen definitieve verklaring voor teut, geen geheimtaal,
wel mogelijke impulsen van de teuten naar de Tödden 293
3. Ontstaan, samenvatting en besluit 294
3.1. Het kader waarbinnen de teutenhandel ontstond 294
a. Algemene voorwaarden 295
b. Een nijvere Kempen in de 15de-16de eeuw 296
c. De thesis van P. Lenders over het ontstaan van de teuten 300
3.2. Het wezen van de teutenhandel 303
a. De eigen aard 303
b. Handelsstreken 304
c. De eenvoudige en meest voorkomende vorm van teutenhandel
en geëvolueerde stadia 307
d. Verankerd in het landbouwmilieu maar ten dele of geheel los
van de landbouw 309
e. Geen retourhandel 311
f. Gemiddelde leeftijd van de teuten 311
3.3. Bevoorrading, operatie- en afzetgebied 312
a. Inkoop van waren 312
b. Afzet- en operatiegebied 314
3.4. Einde en betekenis 316
a. Uitbreiding van de ambulante handel 316
b. Teloorgang 317
c. Nawerking en continuïteit 320
d. Betekenis van de teuten 322
Bijlage 1. Emigratiegolven van Walen en Brabanders naar Kurpfalz,
Kurmainz, Nassau en omgeving in de tweede helft van de 17de eeuw 343
Inleiding 343
A. Links van de Rijn 345
B. Rechts van de Rijn 367
C. Beschouwingen bij de aantrekking van de Walen 387
Samenvatting en besluit 405
Inhoudstafel van bijlage 1 408
Bijlage 2. Quellenwerk mit deutschen Texten aus verschiedenen Archiven
in Deutschland 411
Inhaltsverzeichnis der deutschen Texte 457
Bijlage 3. Diverse akten betreffende Kempense kooplui 461
1. De hertogelijke raad van Holland doet op 14 februari 1399 uitspraak
in een geschil tussen twee burgers van Schiedam (Zuid-Holland) en
zekere kooplieden 461
2. Certificaat voor textielteut Johan den Smeet van Overpelt in 1655 462
3. Een paspoort voor haarhandelaar Jintis van Weerden van Leende
in 1713 463
4. Een Peltse akte over de teuten in 1765 434
Bijlage 4. Weddenschappen en informatieverwerving in het noorden van de
Loonse Kempen (1600-1660) 467
Indices van plaats- en persoonsnamen
door Arnout Mertens 475
1. Index van plaatsnamen 475
2. Index van familienamen 485
3. Index van familienamen in bijlage 1 493
Herkomst van de foto's 498
|